vrijdag 2 november 2012

Negen




In de bibliotheek op school zie ik het boek staan. “Kind van negen”
Meenemen maar, want ik heb een kind van negen.
Dat er iets bijzonders was met deze leeftijd, dat  zoemde wel ergens op de achtergrond in mijn hoofd op de afdeling “opvoeden”, maar ik was er nog niet toe gekomen om me te verdiepen in het “negen jarig” gebeuren.
Nu is het zonder boek ook wel duidelijk, maar een beetje verdieping kan nooit kwaad.

De geboorte van een nieuw ik-besef. Een ommekeer in de wijze waarop het kind in de werkelijkheid staat.
 Dat staat onder meer op de achterkant van het boek.

Hmm..kan kloppen. Maar voor mij voelt dat ik-besef van zoonlief meer als een mama ga jij eens lekker op het dak zitten besef.
Hij heeft me niet meer nodig, zo voelt dat soms. Het “selluf doen” lijkt nog niet zo lang geleden, maar heeft nu plaats gemaakt voor “ik doe dat wel even alleen”.

 Neem nou lezen. Heerlijk was dat, voorlezen, hij hing aan je lippen, zat de volgende avond op de bank met een verwachtingsvolle blik te wachten op het komende verhaal.
En nu? De Donald Duck en Dolfje weerwolfje hebben mijn plaats ingenomen.
Ik mag luisteren naar grappige passages, bij voorkeur wanneer ik daar geen tijd voor heb, en nu heeft hij een heel eigen stijl ontwikkeld om kenbaar te maken hoe oneerlijk dat is.

Boodschappen doen. Heeft hij me ook niet meer voor nodig. Dat doet hij wel even alleen. Op de fiets. Alleen. Met tas en portemonnee. En zijn bij de supermarkt de bananen uitverkocht, dan geeft hij dat netje mandarijnen keurig af bij de kassa van de volgende supermarkt om daar de resterende boodschappen te “scoren”, zoals dat in negen jarigen taal heet.
De “gescoorde” kaartjes, knikkers, beestjes enz. van spaaracties worden zelfstandig, liefst van te voren per telefoon, doorgesproken met vriendjes en geruild.

“’Goed”, luidt het antwoord als ik vraag hoe het op school was. Goed? Alleen Goed? Jahaaaa, goed zei ik toch?
Naar verdere details kan ik fluiten. Want daar heeft hij geen tijd voor. Donald, Dolfje, skates en diabolo roepen.
Dagen later staat hij opeens in de keuken een gedicht van zes strofen te declameren.

Negen jarigen hebben ook een heel eigen vorm van humor. Met zijn boezemvriend kan hij minutenlang in een deuk liggen om flauwe grappen als ; Het is wit en maakt herrie. Een boemkool.

Hij bakt zelf pannenkoeken, zingt lieve liedjes voor zijn broertje van zes maanden als hij denkt dat niemand kijkt  en heeft regelmatig plannen zijn koffer te pakken om bij opa en oma of bij boezemvriend in te trekken. Want wij begrijpen hem niet. Voor even een eenzaam, alleen en moeilijk te bereiken mannetje.
Alleen op de wereld..Tranen met tuiten huilde ik  om Remi als kind. Waarschijnlijk was ik negen…het zal de herkenning geweest zijn.

En nu komt mijn zoon tot de ontdekking dat er buiten het veilige bootje waar hij tot nu in zat ook vaarwater is. Af en toe neemt hij een reddingsloepje en vaart een stukje van ons vandaan. En dan komt hij weer terug. Want voor die knuffel heeft hij ons gelukkig wel nog nodig.
Gelukkig maar.
En ik ga dat boek maar eens lezen. Het hoofdstuk "mama van de negen jarige" opzoeken. Want waarschijnlijk is het verstandiger hem liefdevol mee te helpen pakken van dat koffertje zinvoller dan de neiging hebben hem dat gefrustreerd na te gooien..
Troost de gedachte dat ik nog maar pas een mama van een negen jarige ben en nog wat te leren heb. 
Mijn lieve negen jarige is gelukkig vergevingsgezind...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten